Tekst P. van de Beek beeld Anneke Vat-Pul
Al jarenlang steeds meer regels, minder inkomsten en verstikkende onzekerheid. Met het inmiddels beruchte landkaartje voor stikstofreductie is het nu écht duidelijk: de boer vreest voor zijn bestaan. Sommige agrariërs zijn ten einde raad. Anderen hopen dat hun bedrijf net op tijd was voor de transitie. Zo ook geitenhouder Willem-Jan van Leersum. „Het ging financieel steeds slechter met
onze varkenshouderij. De opbrengst van de biggen liep steeds verder terug.”
Willem-Jan van Leersum (31). Samen met zijn ouders verhuisde hij het bedrijf ruim tien jaar geleden vanuit Achterberg naar de overkant van de Nederrijn bij Lienden. Maar door de natuur in de uiterwaarden is hier tussen de 74 en 95 procent emissiereductie ingetekend. „In eerste instantie schrokken we hiervan,” vertelt Van Leersum, terwijl een paar nieuwsgierige geiten hun kop door het hek steken. „Maar nu het nieuws een beetje is bezonken, is het vooral onduidelijk. We hopen dat we goed zitten, omdat we een aantal jaren geleden zijn overgestapt van biggen naar geiten. Maar je weet het niet.”
Financieel
In het bedrijf van Willem-Jan van Leersum, zijn vrouw Thalita en hun (schoon)ouders ging jaren terug
het roer om. „Het ging financieel steeds slechter met onze varkenshouderij. Soms ging het weer een jaar iets beter, maar over het algemeen liep de opbrengst van de biggen steeds verder terug. In 2015 kregen we te maken kregen met aangescherpte milieuwetgeving. Dat zou opnieuw financieel heel veel betekenen. Er zat niets anders op dan het bedrijf te stoppen. Er was geen andere optie meer.”
Even staart Willem-Jan naar de helderblauwe lucht boven Lienden. Het lijkt of hij de impact van dat moment weer even herbeleeft. Zijn vrouw Thalita vult aan: „In december namen we het besluit en uiteindelijk gingen de laatste biggen in mei weg. Maar wat ga je dan doen, hè?”
Willem-Jan: „Je leven staat op z’n kop. We hadden nog geen zicht op iets anders. Maar diezelfde avond
nog kreeg ik een paar belletjes van mensen die me een baan aanboden. Dat was bijzonder, maar toch kon ik daar niet direct op ingaan. Want wat zouden we dan moeten met het vastgoed? En een baan voor mij was nog geen baan voor pa. Daarnaast was ik niet voor niets eigen boer geworden. Boer ben je omdat je van je eigen dieren houdt.”
Een weg geopend
Uit een adviestraject rolt de optie om een biologische geitenmelkhouderij te beginnen. Er waren wel twee
grote obstakels. „Aan de ene kant de benodigde vergunningverlening. Aan de andere kant het financiële
plaatje, want zo’n bedrijfsverandering kost heel wat geld. Je moet de hele inrichting van de stallen aanpassen en nieuwe dieren en machines aanschaffen. Hoe het toch gelukt is? Schrijf maar op dat er een
weg geopend werd. Dat geldt eigenlijk voor het hele traject. Toch, Thalita?” Zijn vrouw knikt instemmend.
„Financieel werd het wonderlijk opgelost. En terwijl de provincie aangaf dat het vergunningstraject wel 26
weken kon duren, kregen we boven verwachting snel in maart al uitsluitsel. En zo begonnen we in 2016 met Geitenhouderij De Marshoeve,” vertelt hij, „al wil je niet weten hoeveel er daarná nog bij kwam kijken.”
Het complete artikel (incl. interview met boer Roel van Dijk) verschijnt in de GezinsGids van 22 september 2022 D.V.