Evert Jan Nieuwenhuis (47) is bijna zeven jaar burgemeester van Waddinxveen. Burgemeester van SGP-huize. Vol enthousiasme vertelt hij over de mooie kanten van zijn ambt. Hij ziet zijn werk als een prachtige combinatie van dienstbaarheid en leiderschap. Hij vergeet niet om ook een paar dilemma’s te noemen, „maar daar zal iedereen in zijn of haar leven mee te maken krijgen, omdat we buiten het paradijs leven.”

Tekst D. de Bruin-Palland beeld Hanno de Vries

Nieuwenhuis begon zijn loopbaan in het onderwijs, op een basisschool in Lisse. Anderhalf jaar later werd hij daar adjunct-directeur. „Als ik terugkijk, zie ik duidelijk dat ik in de voetsporen van mijn ouders ben gegaan.

Mijn moeder had een baan in het onderwijs en mijn vader was actief in de politiek. Hij zat in de gemeenteraad. Toen ik nog heel jong was, ging ik al met hem mee als er verkiezingsuitslagen binnenkwamen en regelmatig zat ik op de publieke tribune.”

Was uw vader een soort identificatiefiguur voor u?

„Hij bracht mij inderdaad de liefde voor de politiek en het openbaar bestuur bij. Ik luisterde graag naar zijn toespraken. Wat me opviel was dat hij de luisteraars aan zich probeerde te binden door een kwinkslag, door gebruik te maken van humor. Maar dat ging nooit ten koste van de inhoud. Frank en vrij stond hij voor de zaal, met een zekere fierheid.

Ik vond dat mooi om mee te maken. Hij wist waar hij voor stond, maar nooit bracht hij het in de trant van ‘sorry, dit is mijn standpunt’, nee, hij ging er helemaal voor. Zo zie ik mijn taak, opdracht en ambt ook.”

Was het misschien al een jongensdroom om burgemeester te worden?

„Niet echt, maar toen ik halverwege de dertig was, groeide bij mij het verlangen om naast het onderwijs iets anders te doen. Ik werd lijsttrekker van de gecombineerde SGP-CU-lijst in Lisse. We kregen twee van de negentien zetels.

Wat niemand had verwacht gebeurde: we mochten een wethouder leveren, vooral omdat we een stabiele partij waren die bestond uit jonge enthousiaste mensen. Ik heb me erover verwonderd dat ik zo veel vertrouwen kreeg om die plek in te mogen nemen, terwijl ik nog nooit in een gemeenteraad had gezeten.

Het was een mooie tijd waarin ik enorm veel leerde. Hier ging mijn bloem open. Ik voelde me als een vis in het water en langzamerhand begon ik me af te vragen of ik in het verlengde hiervan misschien nog iets meer zou kunnen betekenen. Daarover ben ik in gesprek gegaan met mijn burgemeester. Haar eerste reactie herinner ik me nog goed. Ze zei: ‘Dacht ik het niet…’”

Wat maakte het voor u zo aantrekkelijk om burgemeester te worden?

„Laat ik vooropstellen dat het een ambt is dat bij iemand moet passen. Ik heb me van tevoren natuurlijk terdege afgevraagd of dat bij mij het geval was. Het leek mij een mooie combinatie van dienstbaarheid en leiderschap: aan de ene kant ben ik een mensenmens, maar als het nodig is, durf ik keuzes te maken en ga ik vóór de troepen staan.

Ik krijg nu de gelegenheid om dicht bij mensen te komen, ook op kwetsbare momenten. Dan vergelijk ik mijn ambt weleens met dat van een predikant. Wat me eveneens aanspreekt is dat bijna geen dag voor mij hetzelfde is.”

Kunt u daar een voorbeeld van geven?

„Vanmorgen moest ik naar een crisistraining. Daar oefen ik opnieuw met dat wat ik moet doen als er plotseling iets ergs gebeurt binnen de gemeente. Volgende week komen we als veiligheidsregio bij elkaar.

Binnenkort neemt de gemeenteraad een besluit over de komst van een asielzoekerscentrum. Op een ander moment geef ik gastlessen op een school en spreek ik onder andere met kinderen over bijvoorbeeld respectvol taalgebruik. Wat zeg je wel tegen elkaar en wat niet?

Af en toe zit ik tegenover een echtpaar dat zestig jaar getrouwd is. Dan doe ik mijn best om tijdens het gesprek niet aan de oppervlakte te blijven hangen. Als ik ergens een haakje vind, dan grijp ik dat en regelmatig mogen we terugkijken op mooie momenten.

Laatst was ik op de verjaardag van een man die honderd jaar werd. Hij citeerde een paar Bijbelverzen en vertelde iets over zijn toekomstverwachting. De aanwezige journalist luisterde mee en zei: ‘Kijk, hier zie ik echt verbinding. Dit krijg ik niet voor elkaar’.”

Is het niet ingewikkeld om burgemeester te zijn voor het héle dorp, zowel voor kerkelijke als onkerkelijke mensen?

„Dat vind ik juist verrijkend. Ik vind het echt belangrijk dat mensen merken dat ik er ben voor iedereen.

Ik ben me ervan bewust dat het niet mijn eerste taak is om hier te evangeliseren. En tegelijkertijd zijn we als christen, als het goed is, allemaal een zoutend zout en gaat er iets van ons uit. Dat geldt toch niet alleen voor predikanten of ambtsdragers? Echt voor iedereen.

Na de aardbeving in Turkije heb ik bijvoorbeeld onze Turkse moskee bezocht. Dan zit ik letterlijk naast de mensen en leef ik met hen mee. Sommigen rouwen, omdat familieleden of andere bekenden zijn gestorven. Zouden diezelfde mensen aan me vragen om een van hun diensten bij te wonen, dan zou ik beleefd weigeren. Dat zou ik niet doen.”

Weet u precies wat er van u verwacht wordt als het gaat om werkzaamheden op zondag, of komt u weleens voor verrassingen te staan?

„Tijdens mijn sollicitatiegesprekken ben ik heel duidelijk geweest. Even vroeg ik me zelfs af of ik misschien mijn eigen glazen had ingegooid door klip en klaar weer te geven waar ik stond. Ze vroegen onder andere aan mij wat ik wel of niet op zondag wilde doen als burgemeester.

Het is voor mij helder dat ik ook op die dag alles wil doen wat echt noodzakelijk is en met veiligheid te maken heeft. Een crisis houdt namelijk geen rekening met de dagen van de week en kan zich ook op zondag voordoen.

Als mijn brandpieper of telefoon tijdens een kerkdienst aangeeft dat er iets aan de hand is, dan kom ik in actie. Maar voor de rest is de zondag voor mij een rustdag, waarop ik naar de kerk ga, mag rusten van mijn werk en er kan zijn voor mijn gezin.

Met dit antwoord waren ze op zich tevreden, maar ze vroegen toch door: ‘Stel dat er een wielerronde is op zondag: wilt u dan wel het startschot geven als dit tussen de beide kerkdiensten in plaatsvindt?’ Mijn antwoord was kort en krachtig: ‘Dat gaan we niet doen!’”

Toch bent u wel benoemd als burgemeester van deze gemeente.

Lachend: „Dat klopt, ja. En ik besef terdege dat ik ook burgemeester ben van de mensen die op zondag meedoen aan die wielerronde. Zij behoren tot dezelfde burgerlijke gemeente als ik en ik voel me verbonden met alle inwoners van Waddinxveen.

Ik probeer dan ook altijd om een passende oplossing te vinden. We hebben een wethouder die sport in haar portefeuille heeft. Wat kan zij op zo’n moment betekenen? En wat kan ik op een later moment bijvoorbeeld voor deze groep mensen doen?

Toen ik naar deze plaats solliciteerde heb ik me van tevoren uiteraard heel bewust afgevraagd of ik hier zou passen. Kijk, ik heb niet gesolliciteerd naar Limburg of naar de kop van Noord-Holland. Dat zou geen goede combinatie geweest zijn.

Hier in ons dorp is het gewoon rustig op zondag. In de profielschets stond dat meer dan de helft van de Waddinxveners minstens één keer per maand een van de zeventien (!) kerken bezoekt. Dat zegt natuurlijk wel iets van het geheel als gemeente. Wat ik op zondag trouwens wel doe, is een predikant toespreken als deze bevestigd wordt of vertrekt.”

Is het voor u geen optie om bijvoorbeeld een wielerronde op zondag te verbieden?

Op dit moment komt de schoolmeester in de burgemeester naar boven. Haarfijn legt hij uit hoe het in de politiek werkt. „Wat zou u ervan vinden als een nieuwe burgemeester opeens de winkels op zondag opendoet of andere dingen gaat bedenken waar u het volkomen mee oneens bent? Als we de zaken omkeren, worden ze soms opeens heel erg duidelijk.

Zo kan ik het toch ook niet maken om zomaar eerdere beslissingen ongedaan te maken? Als in het evenementenbeleid staat dat die wielerronde op zondag plaatsvindt, kan ik daar niet opeens aan gaan tornen.

Ik heb best wat in de melk te brokkelen, ik mag zijn wie ik ben en kan soms het verschil maken, maar ik ben hier uiteindelijk niet de baas. Dat is de gemeenteraad. Bij een vergadering van de raad ben ik de voorzitter en mag ik iedereen het woord geven, maar ik mag niet meestemmen. In het college heb ik slechts één stem.

Alleen als het om openbare orde en veiligheid gaat, kan het voorkomen dat ik in mijn eentje opeens een beslissing moet nemen. Zo heb ik afgelopen jaarwisseling in verband met zware windstoten de vuurwerkshow afgelast.”

Betekent dit dat u weinig dilemma’s ervaart in uw werk?

„Ik ben inmiddels aan mijn tweede ambtstermijn begonnen en voel me een bevoorrecht mens dat ik burgemeester van Waddinxveen mag zijn. Ik heb iets met de Waddinxveners en zij met mij. We weten wat we aan elkaar hebben en ik krijg hier de ruimte die ik nodig heb om mijn werk te kunnen doen.

Mijn medewerker kabinetszaken, die al mijn bezoeken voorbereidt, weet prima welke rol bij mij past en welke absoluut niet. Toen iemand voorstelde dat ik een grote zomerfair zou openen als dj, heeft zij meteen aangegeven dat ik me daar vast niet zo gelukkig bij zou voelen. Dus werd er op voorhand al voor iets anders gekozen. Zo komen we er samen uit.”

Staat u dus nauwelijks met uw voeten in de modder?

„Ik denk ten diepste niet meer dan iedere andere christen. We zijn allen geschapen naar Gods beeld en dat brengt toch voor ieder van ons verantwoordelijkheden met zich mee?

Wat belangrijk voor me is, is dat ik weet waar mijn verantwoordelijkheid ligt en waar niet. Als er in het verleden afspraken gemaakt zijn over bijvoorbeeld koopzondagen, dan is dat de realiteit waar ik mee te maken heb.

De SGP heeft landelijk de volgende richtlijn: met pijn in het hart accepteren we hoe de situatie nu is en we werken niet mee aan verslechtering ervan. Dit is voor mij een helder uitgangspunt. De Heere vraagt van mij dat ik waakzaam ben op mijn post.

Als de dag van gisteren herinner ik me de preek die ik hoorde op de dag na mijn sollicitatiegesprek met de vertrouwenscommissie van Waddinxveen. Het leek alsof die speciaal voor mij gehouden werd.”

Waar ging die preek over?

„De preek ging over Daniël die zich voornam om zich niet te verontreinigen. Op dat moment had hij geen idee wat de consequenties van dit besluit waren. Toen wist ik dat ik mijn werk niet alleen hoefde te doen, want ach, ik ben hier ook maar een tobber die zijn weg zoekt. Met gevouwen handen probeer ik mijn werk te doen. Met oog voor iedereen.”

Hebt u weleens het verschil kunnen maken?

„Dan denk ik aan reclameborden over Second Love die opeens opdoken in de gemeente. In mijn beleving had dit alles te maken met veiligheid en kon ik dit thema naar me toe trekken.

We weten allemaal wat de negatieve gevolgen kunnen zijn van echtscheidingen. En vechtscheidingen zijn een drama voor de kinderen die erbij betrokken zijn. Dan kunnen we toch geen reclame gaan maken voor Second Love en oproepen tot overspel?

Dit heb ik in het college gebracht en we waren het daar hartelijk met elkaar eens. Na een gesprek met het reclamebureau zijn de borden verwijderd en ik ben dankbaar dat ik op zo’n moment op de achtergrond van betekenis kan zijn.”

Bespreekt u uw dilemma’s weleens met andere burgemeesters van SGP-huize?

„We hebben goede contacten met elkaar, maar iedereen heeft zo zijn eigen context en zijn eigen persoonlijkheid. Het is onmogelijk om de eigen situatie over te plaatsen op die van een andere gemeente.

Ik weet nog dat er een moment was waarop ik me ernstig afvroeg hoe het verder moest. Kon ik de ambtsketen wel blijven dragen? Maakte ik wel de juiste keuzes?

Toen ben ik in gesprek gegaan met een van de predikanten die nauw betrokken is bij onze partij. Hij begreep mij helemaal en gaf aan dat hij soms hetzelfde gevoel had na een vergadering van de kerkenraad. ‘Maar blijf op je post, al is het maar voor onze kinderen en kleinkinderen’, zo luidde zijn advies.

Iedere dag krijgen we te maken met de gebrokenheid waarin we leven, buiten het paradijs. Dat geldt niet alleen voor mij, maar ook voor predikanten, ambtsdragers en allen die een goddelijk beroep uitoefenen. Dat zijn we toch allemaal? Dan verzucht ik met de dichter van Psalm 119 (vers 14): ‘Och dat ik klaar en onderscheiden zag, hoe ’k mij naar Uw bevelen moet gedragen’.”

Dit artikel verschijnt in de GezinsGids van 5 september 2024 D.V.