Van huis uit kreeg Williene al mee te letten op gezonde voeding. „Via mijn nichtje kreeg ik het boekje van Corinne Gouget over E-nummers. Hierin staat uitgelegd welke E-nummers schadelijk voor de gezondheid zijn en welke gewoon gebruikt kunnen worden, want E-nummers zijn niet per definitie slecht. Er zitten ook goede tussen. Vervolgens ben ik me steeds meer gaan verdiepen in gezond eten.
Ik ontdekte dat het beste is om terug te gaan naar de basisingrediënten en dat we zoveel mogelijk zelf moeten maken. Het koken zoals oma deed is gewoon het gezondst. Helaas zijn we zo gewend geraakt aan de kant-en-klaarzakjes en -potjes, dat we echt moeten omschakelen naar het zelf doen. Als je gaat koken zonder E-nummers, zoals ik doe, moet je eerst wel wennen aan de smaak. Belangrijk is dan dat je het eten goed op smaak weet te brengen met bijvoorbeeld zout, peper (en verse kruiden). Koken zonder E-nummers is een hele overgang, maar als je omschakelt maak je net zo snel iets klaar als met een potje of zakje. Zelf een pastasaus maken bijvoorbeeld is allereerst een kwestie van gewoon doen. Al doende kom je steeds verder. Daarbij is het belangrijk te blijven proeven of de smaak wel naar wens is.” Zie kader 1
E-nummers
E-nummers zijn toegevoegde hulpstoffen aan ons voedsel. Hierdoor kan het eten langer bewaard blijven, smaakt het lekkerder of ziet de kleur er beter uit. De ‘E’ staat voor Europa wat inhoudt dat deze stoffen in Europa goedgekeurd zijn. Er zijn vier categorieën: kleurstoffen, conserveermiddelen, emulgatoren en voedingszuren.
„Natuurlijk zijn er ook gewoon goede E-nummers, bijvoorbeeld E 170, calciumcarbonaat, of E 330: citroenzuur. Schadelijk voor de gezondheid kunnen zijn E 621 of 951.” Volgens Williene is de commercie het probleem. „We worden van alle kanten misleid. Fabrikanten geven slechte E-nummers andere namen om de consument zo te misleiden. Een van de bijwerkingen van E 621 is dat je ervan blijft eten. Als je een hap hebt genomen, wil je er meer van. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij chips, behalve bij de naturel variant van bepaalde merken. Ook het eten van de Chinees, zowel uit de winkel als uit het restaurant, zit vol met E 621.
Biologisch
Williene maakt elke week een weekmenu. „We eten zoveel mogelijk vers. Drie maal per week eten we vegetarisch, een maal vis en drie maal vlees (biologisch), meestal rund. Het kippenvlees uit de supermarkt koop ik niet. Het zit boordevol water wat erin is gespoten om het vlees groter te laten lijken. Wat daarom opvalt is dat het vlees van de slager kleiner, malser en soepeler is, juist doordat er niet mee gerommeld is.”
Haar beide kinderen hebben uitsluitend borstvoeding gehad. Toen ze groter werden maakte Williene de eerste hapjes helemaal zelf. „Potjes kindervoeding smaken allemaal hetzelfde. Het heeft niet de echte smaak van groente en fruit en door de potjesvoeding leren ze die smaak ook niet echt kennen.”
De trends
Wat zijn de nieuwste trends op kookgebied? „Terug naar de basisingrediënten, dus geen zakjes en pakjes. En de biologische maaltijden zijn echt in opkomst. De grote voedselketens springen hier ook steeds beter op in. Verder zit het product Stevia eraan te komen. Stevia is een plantje en enorm zoet. Het is een natuurlijke suikervervanger. Nu is het in Europa nog verboden, maar dat zal niet lang meer duren. We zullen er in de toekomst vast en zeker meer over horen.”