Menno4Menno de Bruyne is voorlichter bij de SGP Tweede Kamerfractie. Op deze plek geeft hij een kijkje achter de schermen van het hof en het Binnenhof

Handjeklap

 
Hoffelijk als ze zijn, schudden de eerbiedwaardige leden van de Eerste Kamer elkaar bij aanvang van elke vergadering altijd eerst de hand. Uit alles blijkt dat de deftige dames en hoofse heren van stand van ons statige Hogerhuis er hun hoogsteigen handelwijze op na houden.
 
Maidenspeech
Aan de overzijde van het Binnenhof, in de Twééde Kamer, geven ze elkaar heel wat minder vaak de vijf. Dan moet er écht wel wat bijzonders aan de hand zijn. Bij voorbeeld een maidenspeech. Als een Kamerlid z’n eerste redevoering heeft uitgesproken, schorst Kamervoorzitter Verbeet altijd eventjes voor de gebruikelijke gelukwensen, vergezeld van een handdruk en (soms) een pakkerd en een ruiker.
 
Ook na sommige spannende of opzienbarende stemmingen komen de afgevaardigden uit de Tweede Kamer uit hun zetels om de betrokken bewindslieden te feliciteren met het behaalde succes. Datzelfde gebeurt als een spiksplinternieuw Kabinet de eerste confrontatie met de Kamer, de ‘regeringsverklaring’, heeft overleefd. Alle kamerleden vervoegen zich dan bij vak K om de nieuwe minister-president geluk te wensen met z’n overleving.
 
Weigering
Geheel anders liep het in 1977. Toen was na de allerlangste kabinetsformatie uit de geschiedenis niet het tweede kabinet-Den Uyl uit de bus gerold, maar het eerste kabinet-Van Agt. PvdA-voorman Joop den Uyl, die zijn hand duidelijk had overspeeld, zag zichzelf dan ook teruggeworpen in de rol van oppositieleider, hetgeen hem maar matigjes beviel. En dat liet hij blijken ook.
 
Aan het einde van een volle week discussiëren en bekvechten over de regeringsverklaring stiefelde hij, zonder Van Agt en Wiegel ook nog maar een blik waardig te keuren, de vergaderzaal uit. Den Uyl weigerde pertinent om Van Agt de hand te drukken.
 
Zelf zei de mokkende PvdA’er daarover: „Als ik in zo’n situatie toch handjes zou zijn gaan schudden, zou dat huichelarij zijn geweest.” Anderen dachten daar een slagje anders over. „Onsportief,” zei de één. „Hij laat zich kennen,” beweerde een ander. „Als een slecht verliezer,” voegde een derde eraan toe.
 
Rita
Een ander die de nodige opschudding veroorzaakte door een mislukte handdruk was Rita Verdonk. Toen zij in het tweede kabinet-Balkenende als minister verantwoordelijk was voor Vreemdelingenbeleid en Integratie, organiseerde zij een bijeenkomst met allerlei imams. Eén van hen, de Zoetermeerse imam Ebrahim Mohammad, een man die zeer recht in de leer is, weigerde de toegestoken hand van minister Verdonk te schudden. Reden: zij was een vrouw.
 
Een fikse rel was het gevolg. De beelden verschenen prompt op alle tv-journaals, en in de kranten prijkte de foto de andere dag pontificaal. Een pijnlijke vertoning natuurlijk, die door de minister dan ook prompt werd uitgebuit: zie je wel, er is nog veel mis met de integratie van moslims in Nederland. Aan de andere kant: als de minister zich ook maar een klein beetje had verdiept in ‘s moslims wijs, ‘s moslims eer, had zij natuurlijk kunnen begrijpen dat sommige muzelmannen niet aan handjeklap doen…