Tekst A.S. Middelkoop Beeld Hanno de Vries
„Netflix is de overtreffende trap van televisie,” stelt Jeroen van der Laan. Al jaren houdt hij zich bezig met mediaontwikkelingen en onderzocht hij kijkgedrag van refo-jongeren. Van der Laan is vooral beducht voor de eindeloze stroom beïnvloedende beelden die over jongeren heen komt door het kijken van films en series: „Bijna iedereen doet het.” In de GezinsGids van 7 maart deelt hij, samen met ds. M. van Reenen, zijn zorgen over kijkgedrag in de gereformeerde gezindte.
Jeroen van der Laan is docent verpleegkunde en onderwijsadviseur mediawijsheid aan het Hoornbeeck College. Daarnaast is hij actief gemeenteraadslid en SEH-CCU-verpleegkundige in het Ikazia Ziekenhuis. Voor het Hoornbeeck College was Jeroen de afgelopen jaren actief als practor Mediawijsheid.
Wat neem je waar onder refo-jongeren?
„Het is altijd lastig om trends aan te wijzen. Ik heb onderzoek gedaan onder drieduizend jongeren in de leeftijd van 12-20 jaar. Veel jongeren blijken goed bezig te zijn, door mediawijs grenzen aan te geven.
Tegelijkertijd zie je dat Netflix een heel groot onderdeel is geworden van hun leven. Uit mijn onderzoek blijkt dat 78 procent van de 16-20-jarigen regelmatig films kijkt via één van de grote aanbieders. Daarbij blijkt dat hoe ouder ze worden, hoe meer het gehalte aan films toeneemt. De meerderheid van 18-19-jarigen heeft een abonnement. Dit leidt tot frequent gebruik, dan heb je het over meerdere keren per week.
Gedurende de coronaperiode hadden jongeren weinig te doen. Jongeren zeggen dat ze mede dankzij corona meer films zijn gaan kijken. Hun kijkgedrag werd intensiever. Lang hebben we het kijken van films en series tegengehouden, maar via de achterdeur is het nu volledig binnengekomen.
Als je televisiekijkt, is er sprake van regulering, dankzij bepaalde codes vanuit de overheid. Die vormen een beschermende schil. Bij Netflix heb je die begrenzing niet, de leeftijdsindicatie is makkelijk te omzeilen. Netflix vormt dus in de praktijk de overtreffende trap van televisie.
Er is geen sociale controle die zuiverend kan werken. Vroeger wilde je als reformatorische jongere niet in de videotheek gezien worden. Nu is het niet meer nodig om de deur uit te gaan. Films zijn direct beschikbaar en bijna iedereen kijkt.
Wel is er verschil in kijkintensiteit. Hoe behoudender de kerk, hoe minder jongeren kijken. Het is echter een kwestie van tijd dat het ook daar oprukt. Als ik in een gemiddelde gereformeerde gemeente spreek over mediagedrag, voel ik me soms vervreemd van opvoeders die vertellen dat ze mét hun eigen kinderen Netflixen. Onze achterban is hierover anders gaan denken.
Ooit schreef ik een artikel waarin ik stelde dat we ‘nee’ dienen te zeggen tegen Netflix. Dit leverde veel negatieve reacties op. Het zou niet meer van deze tijd zijn. Dergelijke reacties kreeg ik ook van collega’s in het reformatorisch onderwijs.
Ouders zijn in staat om bescherming te bieden. Maar als je Netflix accepteert in huis, blijven kinderen niet bij het kijken van een film over Pietje Bell. Het kijkgedrag verandert dan steeds meer.”
Is er vanuit jouw waarnemingen een lijn te trekken als het gaat om ontwikkelingen rondom filmgebruik; wat verandert er?
„Ik heb aan jongeren gevraagd met welk doel zij streamingsdiensten gebruiken, bijvoorbeeld voor het kijken van natuurfilms, documentaires of speelfilms. Zo’n tachtig procent van de jongeren gebruikt het primair om speelfilms te kijken.
In de top drie van films die jongeren blijken te kijken op Netflix, staat onder andere een serie waarin het enige doel van de spelers is om elkaar af te slachten. Daar zit alles in wat God verboden heeft.
In een andere serie uit de top drie komen allerhande occulte zaken voor. Je barst bijna in tranen uit als je merkt dat dit in zo’n grote mate bekeken wordt binnen de reformatorische achterban.
Ik hoor en zie dat heel veel jongeren ook Flikken Maastricht kijken, Boer zoekt vrouw volgen of StukTV kijken omdat het grappig is. Netflix gaat echter veel verder. De keuzes die jongeren maken in hun kijkgedrag gaan lijnrecht in tegen Gods geboden.
Jongeren uit een gereformeerde gemeente vertelden mij dat ze ’s middags tussen de kerkdiensten door op hun kamer series kijken. Daar praten ze na de dienst over, ’s avonds. Die dominee staat erg zijn best te doen in de ochtend- en avonddienst. Maar wat blijft er van de boodschap over als er tussendoor vier of vijf afleveringen worden gekeken van een serie? Het zaad wordt op deze manier weggepikt.
Die series bevatten triggers, zodat je steeds een volgende aflevering wilt zien. Bij televisiekijken moest je een week wachten voordat er een volgende aflevering was. Bij Netflix is dat niet nodig, je kunt de hele serie bingewatchen, oftewel urenlang serie na serie kijken.
Het aanbod is ongelofelijk groot. De algoritmes bieden je series die passen bij wat je eerder keek. Dan moet je ongelofelijk stevig in je schoenen staan om daar niet op in te gaan.”
Op welke manier is de filmcultuur vervormend voor ons denken, spreken en handelen?
„Ik stel deze vraag aan jongeren zelf. Helpt het kijken van series je om dichter bij de Heere te komen, of brengt het je verder van Hem af? Jongeren zijn het erover eens dat dit verder bij God vandaan brengt.
Series werken beïnvloedend. Een thema als inclusie wordt continu onder de aandacht gebracht. Hierdoor veranderen je waarden en normen. Als je aan reformatorische jongeren vraagt of twee homoseksuele mannen een kind mogen adopteren, dan reageren ze veelal met ‘nee’. Maar je dan vervolgens een aansprekende aflevering ziet waarbij twee nette, hoogopgeleide mannen een kind adopteren, brengt dit toch aan het twijfelen.
We moeten de tien geboden naast de films leggen. Er zijn geen leuke speelfilms waarin geen overspel plaatsvindt of een aantal mensen worden omgelegd. Door deze invloeden verandert onze visie, ons perspectief. Het leidt tot het opvullen van lege tijd, vermindering van stille tijd en minder lezen. De ruimte voor concentratie neemt af. Dit zie je zowel bij jongeren als volwassenen.
Daarbij zien we dat de kerkgang onder druk staat in de avonddiensten, ook bij behoudende kerken. Mediagebruik vormt een aanjager van dit soort processen.
Pas sprak ik een collega die met zijn klas in gesprek ging over de Bijbel, die voor hem richtinggevend is. Jongeren gaven aan dat de Bijbel voor hen niet richtinggevend is. Dan ben je ver weg.”
De Bijbel zwijgt over films. Waarom zouden we er een opvatting over moeten vormen?
„De Bijbel zwijgt niet helemaal op dit punt. Er staat: ‘Laat uw ja ja zijn’. De speelfilm vormt een gecreëerde wereld. Het is als een leugen waarin je verzinkt. Wat dit betreft deel ik de overtuiging van ds. C.J. Meeuse in zijn boek Schijn bedriegt. Ik zie geen ruimte voor speelfilms.
De Bijbel geeft geen antwoord op AI en Instagram. Wel spreekt de Bijbel zich uit over een christelijk leven. Brengt dit mij dichter bij de Heere of verder van Hem af? Ik ben nooit iemand tegengekomen die zei dat series kijken hem helpt om dichter bij God te komen.”
Welke aanbevelingen heb jij voor jongeren die zich staande proberen te houden in een filmcultuur?
„Als jongeren verslaafd zijn, moeten ze andere invullingen te zoeken die ontspannend zijn. Ze willen uit de waan van de dag ontsnappen, maar dat kan ook als je gaat zaalvoetballen met vrienden. Dat is gezonder dan op je bed in je pyjama met een zak chips vijf afleveringen op Netflix te kijken. Zoek een alternatief.
Het vraagt van jongeren dat ze biddend keuzes gaan maken en dat proberen vol te houden. Als je een beeldscherm op je kamer hebt, haal dat dan van je kamer, net als je mobiel ’s nachts.
Ik denk dat het een Bijbelse notie is dat je moet strijden. Dat is niet makkelijk. Er is geen garantie op succes. Iedereen zal vallen en struikelen. Belijd je zonden en probeer het niet meer te doen.”
En voor hun ouders?
„Ik zal zelf altijd proberen om speelfilms buiten de deur te houden. Mijn oudste is dertien, sommige vriendjes uit dezelfde kerk hebben wel Netflix. Als het enigszins mogelijk is, motiveer ik hem om samen iets alternatiefs doen. Samen voetballen of zo.
Als opvoeder ben ik verantwoordelijk voor wat ze bij ons thuis doen. Ze zijn veel vaker thuis dan buiten deur. We hoeven niet wereldvreemd te zijn, maar evenmin alles te zien.
Ouders hebben als opvoeders een lastige taak, die niet eenvoudiger is geworden. Je moet goed kijken naar de leeftijd van het kind. Probeer tot en met zeventien jaar duidelijke regels stellen. Er komen bijvoorbeeld geen schietspellen in huis, maar het is prima als je online een stad bouwt.
Qustodio helpt om binnen het gezin bepaalde zaken online te blokkeren. We dienen kaders te stellen voor wat er tussen de muren van ons huis gebeurt.
Uit onderzoek dat ik voor Kliksafe deed, bleken seculiere ouders vaker regels te stellen dan christelijke ouders. Blijkbaar zijn we bang om een streep te trekken.
Ik weet dat het moeilijk is. Bij de doop hebben we echter een ja-woord gegeven. We dienen op dit punt blijvend het gesprek te voeren met onze kinderen.
Dit bekent niet dat je van alles op de hoogte kunt zijn. Maar een half uur filmbeschrijvingen lezen via Google geeft een behoorlijk beeld van wat er gebeurt en biedt genoeg argumentatie om een goed gesprek te voeren.
Leven met de Heere geeft een beter perspectief dan wat in films geboden wordt. Een christen krijgt een verrekijker aangereikt die de toekomst dichterbij brengt. We dienen te leven met het perspectief op het hemelse Jeruzalem. Dit betekent dat de blik weggaat van andere dingen.”
Dit artikel verscheen in de GezinsGids van 7 maart 2024