altBij een boswachter denk je al snel aan een wat oudere man met een baard. Wonend in een pittoresk huisje, midden in het bos. Een veer in het donkergroene hoedje, het jachtgeweer nonchalant over de schouder en een alerte labrador aan zijn zijde. En natuurlijk de hele dag in het bos op zoek naar stropers. Boswachter Erik de Jonge voldoet helemaal niet aan dat beeld. Alleen die alerte labrador, die is er wel.

Erik de Jonge werkt bij Stichting Brabants Landschap als boswachter voor het gebied de Brabantse Wal. Een paar uur doorbrengen met deze enthousiaste natuurman maakt duidelijk dat een boswachter echt niet de hele dag door het bos loopt, maar dat er veel meer bij deze bijzondere baan komt kijken.

Droombaan
De liefde voor de natuur zat er al vroeg in bij Erik. „Als kind was ik al in de weer met een fototoestelletje, op zoek naar nesten en ik had een enorme fascinatie voor de natuur.” Die fascinatie bleef en aan het eind van de middelbare school denkt Erik erover om iets met de natuur te gaan doen. „Het leek me geweldig om van je hobby je werk te kunnen maken. Na een bezoek aan de open dag van Helicon in Velp was ik echt enthousiast en besloot ik om bos- en natuurbeheer te gaan studeren. Hoewel het me zelfs op de open dag door één van de docenten was afgeraden. Hij zei dat het een prachtige studie was, maar dat het heel lastig was om er werk in te vinden.” Dat blijkt ook wel als Erik vertelt dat er van de vijftien medestudenten maar drie een baan in het natuurbeheer hebben gevonden.

Huisje in het bos
Na de opleiding in Velp volgt Erik nog een opleiding voor monumentale boomverzorging. Vervolgens komt hij, via een oudklasgenoot, terecht bij het Brabants Landschap. „Ik heb eerst vijf jaar in de Pannenhoef gewerkt, daar woonde ik in een huisje vlakbij het bos. Dat was een heel mooie tijd.” Na vijf jaar vertrekt Erik naar het natuurgebied de Brabantse Wal. Naast het normale veldwerk is hij daar betrokken bij het communicatieteam van het Brabants Landschap. Zo worden zijn natuurfoto´s gebruikt voor tijdschriften en informatiepanelen. Maar ook de social media worden gebruikt, Erik is namelijk een ‘twitterboswachter’. „Zelf heb ik niets met social media, maar voor het werk is het toch wel erg handig. Zo kunnen we de noodzakelijkheid van goed natuurbeheer bij een breed publiek onder de aandacht brengen. We geven een beeld van ons werk door bijvoorbeeld mooie natuurfoto´s te twitteren. Zo twitterde ik pas een foto van het eerste reekalfje van het seizoen, uiteindelijk kwam dat bij ruim twaalfduizend mensen terecht.”

Gastheer
Na de koffie gaat Erik op pad. Labrador Roy ligt al in de donkergroene terreinwagen te wachten. „Vandaag maken we een inspectieronde door het gebied. We rijden bij de verschillende dieren langs die de gebieden begrazen. En verder proberen we vooral ook zichtbaar te zijn in het gebied.”
De afwisseling in de werkzaamheden spreekt Erik erg aan. „Elke dag is anders, elk seizoen is anders. Qua werkzaamheden weet ik ´s morgens vaak niet wat ik ´s middags ga doen. Natuurlijk plannen we wel, maar er komen altijd onverwachte dingen tussendoor.” En wie denkt dat een boswachter een eenzaam bestaan heeft, die heeft het mis. „Eén van de belangrijkste taken is het aanwezig zijn in het gebied. We spreken heel veel bezoekers van onze gebieden. Maar ook hebben we contacten met de gemeente en bedrijven, bijvoorbeeld over het onderhoud en de restauratie van de gebouwen die we in bezit hebben. En daarnaast verzorgen we ook excursies voor scholen.” Voor dat laatste heeft Erik een grote tas bij zich vol met schatten uit het bos. Van geweien, veren en snavels tot pootjes en schedels.

Blessen
In de zomerperiode begint de werkdag van Erik om kwart over vijf en duurt vaak tot een uur of zes, half zeven. „Dat zijn lange dagen, maar ik ervaar het eigenlijk niet echt als werk. Het is fantastisch om iedere dag in de natuur te zijn. Je maakt de natuur echt van dichtbij mee. Je bent erop betrokken, je weet wat er leeft en speelt. Het hoort ook bij dit werk om lange dagen te maken, je bent vierentwintig uur per dag boswachter, zeven dagen per week. Gelukkig is de zondag wel altijd een vrije dag en hoef ik alleen te werken als er echt iets noodzakelijks is.”
In de winterperiode zijn de werkdagen wat korter, vooral omdat het dan ook korter licht is en de werkzaamheden zien er dan heel anders uit. Erik kan dan ook regelmatig thuiswerken en geeft dan veel presentaties op scholen en bij verenigingen.
„Een andere belangrijke taak in de winter is het blessen van de bomen. We gaan dan het bos in en stippen de bomen aan die gekapt mogen worden. Een gedeelte wordt gekapt door particulieren die het hout voor de kachel gebruiken. Het merendeel wordt echter machinaal gekapt en verkocht aan een houthandelaar. Met het blessen bepaal je het bosbeeld voor de komende tientallen jaren, het is dus erg belangrijk om dit goed te doen. Het vraagt nogal wat tijd en ervaring om dit te leren. Feitelijk ben je ook met iets bezig voor de volgende generatie.”