Soms loopt het leven anders dan je denkt en hoopt. Dingen zitten tegen. Je doet je best, maar toch raak je verstrikt. In verslaving, in psychische problemen, in vluchtgedrag. Leer-werkcentrum De Sleutelbloem helpt zulke mensen om weer rust te vinden. „Steeds kijk ik: wat kunnen ze?”
Tekst: N. Overduin Beeld: Rosalie Kolk-Hattem
Het gonst. Geuren komen je vanuit de keuken tegemoet. Flarden muziek klinken, zaaggeluiden en opgewekte stemmen.
Leer-werkcentrum De Sleutelbloem in Noorden – net boven Woerden – is langzaamaan uitgegroeid tot wat het nu is. Op het terrein is een houtzagerij, een autowerkplaats en een sportzaal. Die laatste heeft – niet onbelangrijk – twee boksballen. Voor als het allemaal even te veel wordt.
Hier kunnen mensen die vastgelopen zijn, die met verslaving te maken hebben of psychische hulp nodig hebben, tot rust komen. Ze krijgen bij De Sleutelbloem zorg op maat. En zorg op maat wil voor eigenaren Addie en Evalien Muilwijk zeggen: aansluiten bij iemands talenten en creativiteit.
Samen geven ze leiding aan De Sleutelbloem. Omgeven door stilte en rust, met overhangend groen rond de overdekte picknickbank aan de voorkant van het terrein vertellen eigenaren Addie en Evalien hun bijzondere verhaal.
Klik
Het zag er twintig jaar geleden niet naar uit dat Addie leiding zou gaan geven aan een leer-werkcentrum. Hij was destijds nog hovenier. Hij ontwierp en onderhield tuinen. Addie: „Creatief als ik was, maakte ik de mooiste ontwerpen. Ik kon me er helemaal in verliezen. Echt zakelijk was ik niet. Vaak maakte ik meer kosten dan ik me kon veroorloven en ook kwam ik regelmatig niet uit met de planning.”Ook in die tijd had hij al een klik met de doelgroep waar De Sleutelbloem zich nu op richt. „Ik had soms wat jongens rondlopen van de sociale werkplaats.”
Die klik had Addies vrouw Evalien ook. Ze kwam in haar werk als activiteitentherapeut veel in aanraking met mensen die psychisch vastliepen. Ze ontdekte dat het veel voldoening gaf als mensen bezig waren met talenten die ze gekregen hebben. Addie: „Maar we deden er niet veel mee. We waren net getrouwd. Ik begon samen te werken met een andere hovenier, het werd succesvol en het bedrijf groeide.”
Radicaal
Gaandeweg wordt hun koers verlegd. Addie: „Het ging goed met het bedrijf, maar toch knaagde het bij mij. Was dit het nou? Wilde de Heere niet dat ik iets anders ging doen? Daar kwam bij mij dat mijn lichaam protesteerde. Het werk werd lichamelijk te zwaar.”
Evalien signaleert tegelijkertijd in haar werk dat cliënten terugvallen als de therapie ophoudt. „Wie vangt hen dan op? Wie helpt mensen als ze na zo’n intensieve periode weer zelf hun leven op moeten pakken?”
Het is de tijd dat het concept zorgboerderij in opkomst is. Addie en Evalien volgen dat op de voet. Het houdt hen bezig. Kunnen zij hierin misschien iets betekenen? Ze zijn er biddend mee bezig, maar hakken geen knoop door.
Tot Addie in 2004 ziek wordt. „Dat zie ik echt als een keerpunt in mijn leven. In de twee weken dat ik ziek was, nam ik een radicaal besluit.”
Addie verkoopt zijn hoveniersbedrijf en ze besluiten heel kleinschalig te starten met het begeleiden van mensen met problemen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want menselijkerwijs is er geen mogelijkheid om het plan uit te voeren.
En toch komt het van de grond. Evalien: „Terwijl we financieel aan de grond zaten, ontstond De Sleutelbloem. We hebben hier duidelijk de hand van de Heere in gezien.”
Langzaam groeit het en in 2010 wordt het een stichting. Inmiddels runnen Addie en Evalien alweer zo’n vijftien jaar De Sleutelbloem en geven ze leiding aan een team van zo’n vijfenzeventig man. Verder runnen ze – met een team van vierentwintig collega’s en tien vrijwilligers – aparte woonhuizen voor vrouwen en voor mannen.
De groei is er nog steeds. Binnenkort opent een woonvoorziening in Rijswijk. „Iedere keer als er iets ontstaat, merken we de hand van de Heere op. Als we zelf geen mogelijkheden zien, opent de Heere deuren.”
Overal planten
Inmiddels bevat het terrein in Noorden een scala aan gebouwen. Veel plekken verraden het voormalige beroep van eigenaar Addie: overal duiken planten op. Annerieke – die rondleidt over het erf – lacht. „Hij is eigenlijk altijd hovenier gebleven. Je ziet het overal terugkomen. De plantenkas achter op het terrein is echt zijn plek. Daar worden groenten en kruiden verbouwd die we weer gebruiken in de keuken.”
Midden op het terrein staat een opvallend vierkant gebouw. De Ambassade, staat erop. Bezoekers kunnen zich daarin terugtrekken. Het is het rustpunt van het terrein. „Die naam verwijst naar wat we willen zijn,” zegt Annerieke. „Zoals een ambassadeur een staatshoofd vertegenwoordigt, zo willen wij wijzen op de Heere.”
Tegenover De Ambassade staat een gebouw met de veelzeggende naam De Ark. Er huizen verschillende dieren: konijnen, alpaca’s, hangbuikzwijntjes, kippen en zelfs tamme muizen. Binnenkort maakt een koe haar opwachting. „Bezoekers komen op deze plek tot rust als ze de dieren verzorgen.”
Bonte verzameling
Aansluiten bij de talenten die iemand heeft, veiligheid en persoonlijke aandacht bieden, ruimte voor creativiteit en een heldere, christelijke visie: het zijn sleutelwoorden in de onorthodoxe aanpak van het stel. Evalien: „Ik zoek voortdurend naar verbinding met de mensen die op mijn pad komen. Steeds kijk ik: wat kunnen ze? Waar vinden ze voldoening in? En ik laat niet na hen te wijzen op Gods werk.
Door ze te laten werken met hun talenten, door hen op een creatieve manier uiting te laten geven aan gevoelens en door de Bijbelstudies, hopen we dat ze sterk genoeg worden om weer deel te nemen aan de maatschappij.”
Addie: „Iedereen heeft talenten en gaven gekregen van God. Die kunnen we gebruiken en leren inzetten.”
Deelnemers gaan aan de slag met wat hen voldoening geeft, met waar ze goed in zijn. Dat kan bijvoorbeeld in het atelier. Er ligt een bonte verzameling gekleurde stenen, door deelnemers ontworpen. „We hebben onlangs gewerkt aan de hand van het thema ‘stenen in de Bijbel’. Dit is het resultaat,” vertelt medewerkster Annerieke.
Evalien: „Soms geef ik hier workshops, op andere momenten gaan deelnemers zelfstandig aan het werk en krijgen ze begeleiding als dat nodig is.”
Het kan ook zijn dat je liever met bouten en moeren werkt. Dan kun je in de autowerkplaats aan de slag. Of je houdt je bezig met houtbewerking.
In de keuken kun je kookles krijgen. Want veel deelnemers hebben daar moeite mee. De maaltijden voor de deelnemers worden ook op deze plek klaargemaakt.
De diepere boodschap hoort er wezenlijk bij. Evalien: „We vertellen elke dag opnieuw Wie de Heere Jezus is en voor ons wil zijn.” Landt dat? „Er gebeuren wonderen in de harten van deelnemers.”
Kwetsbare kereltjes
Evalien werkt veel met vluchtelingen. Vrouwen die alles moesten achterlaten. „Vaak zijn ze goed in knippen. Ik heb drie deelnemers gekoppeld aan drie studenten van de kappersvakschool. Terwijl ze elkaar aanvullen op hun vakgebied, leren de Nederlandse studenten de vrouwen de taal.
Zo koppel ik kwaliteiten aan elkaar en ontstaat er een win-winsituatie. Ik hoop dat ze zo een baan krijgen en in hun onderhoud kunnen gaan voorzien. Evalien straalt erbij. „Ja, ik heb iets met deze vrouwen.”
En niet alleen met vluchtelingenvrouwen. Twee Syrische jongens van twaalf en dertien jaar zijn dagelijks aanwezig op De Sleutelbloem. Ze krijgen zogeheten buitengewoon onderwijs: door maatwerk komen ze toch tot leren. Annerieke geeft hen les. „Op het oog zijn het vrolijke jongens. Ze willen alles weten. Maar daaronder zitten twee heel kwetsbare kereltjes, die veel hebben meegemaakt.”
Geknakt talent
Soms heb je een talent, maar loopt het leven anders. Addie noemt het voorbeeld van Jan. „Hij was een kunstenaar als het gaat om metaalbewerking. Doordat hij deelnemers met een taxi op De Sleutelbloem bracht, kwam hij in aanraking met ons werk.
Hij ging assisteren in de metaalbewerking, hier in de werkplaats. We leerden veel van hem. Maar hij liep vast en moest professionele hulp krijgen. Op een gegeven moment ging het zo slecht dat hij werd opgenomen.
Hij kwam uiteindelijk terug in een rolstoel. Hij kon zijn werk niet meer doen, zijn handen niet meer gebruiken om de mooiste dingen te lassen. We zijn op zoek gegaan naar waar hij wel voldoening uit zou kunnen halen. Inmiddels kan hij trouwens weer lopen achter een rollator en gaat het steeds beter met hem.”
Zorgen
Addie en Evalien zijn zich steeds meer gaan richten op de begeleiding van een goede terugkeer naar het leven van alledag. „Want als een deelnemer op het punt komt dat hij of zij weer terugkan, blijkt dat de omgeving van zo’n deelnemer niet verandert. Dat maakt de kans op terugval erg groot.”
In die omgeving gebeurt heel wat. Addie staart peinzend voor zich uit. „Weet je wat het is? Meer en meer merk ik dat we een strijd te voeren hebben tegen de machten in de lucht, zoals Paulus het noemt.
Tijdens de coronapandemie moesten we de kerken letterlijk sluiten. Misschien was dat wel een aanwijzing dat christenen meer naar buiten moeten treden.”
Addie maakt zich zorgen. Met name over jongeren. „Ze leven zo veel online. Ze gamen vaak en veel. Ze denken op internet echte vrienden te hebben. Maar wat zijn ze alleen! Ze hebben minder werkelijk contact met mensen om zich heen. Ze zijn veel met zichzelf bezig. Dan liggen eenzaamheid en verslaving op de loer. Hoeveel oog is daarvoor in onze maatschappij?”