Tekst B. van de Beek-Pellegrom Beeld Rosalie Hattem

Wil je dat je kind een telefoon krijgt of niet? Zo ja: met of zonder internet? En zo niet: kies je dan wellicht voor een gezinsmobiel of wacht je tot een bepaalde leeftijd? Het zijn vragen waar je wat mee moet als ouder. Jolette Mulder,
bestuurslid van Stuurgroep ToegerustGezin: „Ik hoop en bid dat geen enkel kind zomaar een mobiel in de handen gedrukt krijgt om vervolgens zichzelf te verliezen in een onbekende, online wereld.”

Veel ouders worstelen met het thema ‘mijn kind krijgt een mobiele telefoon’. Jolette Mulder: „Ja, dat herken ik wel en die worsteling gaat me aan het hart. Zelf hebben we een gezin met zes kinderen. De oudste kinderen waren zestien en veertien toen de smartphone in beeld kwam. We kochten er twee en stonden er gematigd kritisch in. De mogelijkheden om toezicht te houden waren destijds amper of niet aanwezig.

Later, toen de andere kinderen ouder werden en de telefoon geavanceerder werd, wilden we het toch anders aanpakken. Je komt erachter dat geen kind hetzelfde is.

Je moet bij ieder kind weer andere afwegingen maken en de keuzes werden steeds moeilijker. Wil je dat je kind een telefoon krijgt of niet? Zo ja: met of zonder internet? En zo niet: kies je dan wellicht voor een gezinsmobiel of wacht je tot een bepaalde leeftijd? En wat vind je belangrijk: moet je kind bereikbaar zijn voor vrienden en vriendinnen of juist alleen bereikbaar onderweg?

Dat zijn allemaal vragen waar bijna alle ouders mee worstelen. Eerlijk gezegd denk ik niet dat één keuze daarvan de beste is. Het hangt allemaal af van de omstandigheden, het kind zelf en de gezinssituatie. Er is dus geen gouden middel of weg.

En dat is ook precies waarom we er met ToegerustGezin voor ouders willen zijn. We willen hen helpen in de zoektocht naar een bewuste keuze die je tegenover jezelf en je kind kunt verantwoorden.”

Hoe helpen jullie ouders dan? Als ik door de bomen het bos niet meer zie en ToegerustGezin om hulp vraag, dan…

„Nou, we hopen dat ouders ons allereerst weten te vinden. We hebben bijvoorbeeld een website waarop je veel informatie kunt vinden, maar vooral bieden we ons stappenplan. Dat is speciaal ontwikkeld om ouders te helpen in het maken van een keuze.

Dan moet ik er gelijk bij zeggen: binnen dit stappenplan is geen enkele keuze per definitie de beste keuze. We willen namelijk vooral dat ouders een bewúste keuze maken.

Je ziet nu, wat mij betreft, nog veel te vaak dat er rond het twaalfde jaar – als een kind naar het voortgezet onderwijs gaat – een mobiel wordt aangeschaft. Zo, die mobiel is er, klaar.

Maar als je die stap gezet hebt, is dat nog niet de makkelijkste. Want dan moet je eigenlijk alsnog nadenken: hoeveel schermtijd geef ik mijn kind, moet het altijd bereikbaar zijn én ga ik het internet filteren of niet?

Ook als je kiest voor de nuloptie, wat inhoudt dat je kind geen mobiel krijgt, moet je nadenken over het vervolg. Want deze optie houd je niet eindeloos vol. Hoe leg je dan uit wat je beweegredenen zijn, snapt het kind dat én wanneer mag het dan wel?

Kortom: elke keuze vraagt doordenking. En daar willen we ouders bij helpen, allereerst door het stappenplan aan te bieden en daarna ook door praktische toepassingen aan te bevelen, bijvoorbeeld het gebruik van Google Family Link.”

Als u zelf het stappenplan doorloopt, op welke keuze komt u dan uit?

„Wij hebben er nu voor gekozen om de kinderen die naar het voortgezet onderwijs gaan een mobiel te geven met internet en we gebruiken daarbij het ouderlijk toezichtsysteem van Google Family Link. Dat programma adviseren we ook via ToegerustGezin. Je kunt daarmee heel eenvoudig de schermtijd instellen per dag en per app per kind.

Als een kind net naar de middelbare school gaat, geven wijzelf weinig schermtijd, bijvoorbeeld een half uur per dag en binnen dat half uur twintig minuten WhatsApp. Dat is krap, maar zo bouw je het op.

Het mooie is: je ziet dat kinderen zich daar zelf ook bewust van worden en creatief in zijn. Want twintig minuten zijn zó om als je even op WhatsApp zit. En ja, dan zit je de rest van de dag zonder.

Ook stellen we de begin- en eindtijd per dag in. Dat is bijvoorbeeld voor de zondag makkelijk: dan blokkeer je  schermtijd de hele dag. Je hoeft dan niet de hele dag op te letten waar die mobieltjes zijn en wat ze ermee doen, want ze kunnen er simpelweg niets mee. Zelfs de camera is dan geblokkeerd.

Ook het downloaden van apps gaat via de ouder. Ik krijg bijvoorbeeld een melding als een kind een app wil downloaden en kan dat al dan niet goedkeuren.

Het geeft als ouders ook veel rust als je niet continu over je schouder moet kijken en op de klok moet letten om bij te houden hoe lang ze al achter hun mobiel of computer zitten. Want eerlijk is eerlijk, soms is het ook wel lekker rustig als ze even achter de pc zitten en dan wil je zelf nog weleens in de valkuil stappen om ‘het maar te laten gaan’. Er moet natuurlijk wel een opbouw in zitten, bijvoorbeeld een uur schermtijd als ze in de derde zitten en anderhalf uur als ze in de vijfde zitten.

Als ze ongeveer achttien zijn, hoop je dat ze mediawijs genoeg zijn en zelf op een fatsoenlijke manier met hun smartphone om kunnen gaan. Je wilt ze vooral opvoeden op een bewuste manier en hen ook bewaren voor allerlei verleidingen en ‘rommel’. Tenslotte kun je je tijd maar één keer goed gebruiken.”

En gaat dat altijd zonder slag of stoot, het instellen van schermtijden en het downloaden van apps via je vader of moeder?

Met een glimlach: „Dat zou ik niet durven zeggen. Ieder kind is daarin verschillend. Je hebt kinderen die het accepteren en het bijvoorbeeld helemaal niet zo belangrijk vinden, dat online-zijn. Terwijl een ander kind juist heel sociaal is en graag overal digitaal bij betrokken wil zijn.

Je moet die belangen ook heus wel meewegen. Maar je probeert je kinderen, in een kwetsbare leeftijd, bewustwording mee te geven.

Ik merk dat onze kinderen dat wel als positief ervaren, dat je het gesprek met ze aangaat. Als ze ouder worden, snappen ze dat uiteraard beter dan wanneer ze net in de puberleeftijd zijn.

Ik merk dat de kinderen de gesprekken erover waarderen. Bij elke app die gedownload moet worden, heb je weer een ‘haakje’ om met ze te praten: ‘Waarom wil je die app downloaden? Is het nuttig? Wat levert het je op?’

Ik merk dat heel sterk rondom de social media apps. Onze kinderen hebben bijvoorbeeld geen Instagram of Facebook. Wijzelf ook niet, want je moet daarin zelf het voorbeeld geven. We proberen ze daarin mee te geven dat het waardevol is om je privéleven te beschermen, ook voor de toekomst. Je merkt dan dat ze eerst denken ‘wat is daar nu mis mee?’, maar later toch een andere conclusie trekken en bijvoorbeeld die apps ook niet downloaden als ze wél zelf hun keuze mogen maken.

Ja, het is eigenlijk een loslaatproces, net als de hele opvoeding. Je begint met veel regels en strakke lijnen, maar je moet je kind steeds meer loslaten en dan hopen dat het er wat van geleerd heeft. Al kun je het gesprek altijd aan blijven gaan. Ik vergelijk het weleens met het verkeer: eerst zit je kind achterop, dan fietst het naast je, ten slotte fietst het alleen.”

Wat zou u ouders willen meegeven wanneer ze nadenken over het aanschaffen van een mobiel, komend schooljaar?

„Laat je informeren! Er zijn mogelijkheden genoeg om het smartphonegebruik van je kind begrensd te houden. Weeg alle voor- en nadelen tegen elkaar af, heel persoonlijk, en maak daarna een bewuste keuze. Dat kan zijn: de keuze uitstellen, een gezinssmartphone gebruiken of bijvoorbeeld een smartphone met beperkte tijd en gefilterd internet.

En daarnaast ook: help elkaar. Als stuurgroep zijn we op dit moment bezig om op allerlei middelbare en basisscholen in gesprek te gaan en handvatten te bieden. Als alle ouders er bijvoorbeeld voor kiezen om hun kind later een mobiel te geven, is dat enorme winst: het is soms puur de groepsdruk dat een kind net zo vroeg een mobiel krijgt als een klasgenootje.

We hopen in de toekomst ook kerken aan ons te binden die ouders onze handreikingen aanbieden. Als we zo, als kerk, ouders en school, om elkaar heen staan, kan er veel. Ik hoop en bid dat dan geen enkel kind zomaar een mobiel in de handen gedrukt krijgt om vervolgens zichzelf te verliezen in een onbekende, online wereld.”

Dit (deel)interview verschijnt in de GezinsGids van 3 juni 2021 jl.