Keer op keer wordt Nederland opgeschud. Het seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk, de #MeToo-affaires en het grensoverschrijdend gedrag bij zangtalentenjacht The Voice of Holland brachten talloze misstanden aan het licht. Seksueel misbruik gaat ook de reformatorische gezindte niet voorbij. In dit artikel vertelt Elise* openhartig over de impact ervan in haar leven. „Tijdens familiefeestjes wilde ik hem per se een hand geven. Ik kneep dan heel hard om hem te laten weten dat hij mij niet klein heeft gekregen.”

Tekst: J.D. van Nifterik

Ze heeft erover leren praten, maar makkelijk is het niet. Er zitten in het geheugen van Elise een paar zwarte gaten. „Het kan zijn dat niet alle details kloppen. Maar het gaat om de enorme impact op mijn leven. Om de werkelijkheid zoals ik me die herinner en waar ik mee heb moeten leren leven.”

Hoe vaak haar oom haar misbruikte, weet ze niet zeker. Twee keer herinnert ze zich. „Ik was vijf jaar oud. Mijn ouders gingen naar een verjaardag en mijn oom Daan – toen ongeveer achttien jaar oud – paste op. Hij kwam naar de kamer waar mijn zusje en ik lagen te slapen en maakte mij wakker. Ik moest seksuele dingen bij hem doen en hij deed dingen bij mij.

Wat er precies is gebeurd, weet ik niet meer. Blijkbaar ging ik op slot om mezelf overeind te houden. Ik weet nog dat ik aangaf het niet oké te vinden, maar hij maakte me wijs dat het leuk en fijn was. Die mening heb ik toen blijkbaar overgenomen, ik deed mee.

De dagen daarna deed ik zo gewoon mogelijk. Ik vertelde het aan niemand, want Daan had me ingeprent dat het ons geheim was.”

Betrapt
Na een tijdje paste oom Daan weer op. Elise lag wakker, bang dat het noodlot opnieuw toe zou slaan. De trap kraakte en ze zag door het raampje boven de deur de overlooplamp aangaan. Van deze keer herinnert ze zich scherpere details: „Hij kleedde zich uit. Soms voel ik nu nog zijn plakhanden en ruik ik de zweetgeur.”

Elise bevroor. „Ik kon alleen maar naar het behang kijken. De patroontjes op het behang zie ik nog vaak voor me.”

Op dat moment kwamen onverwacht de ouders van Elise thuis. „Moeder voelde intuïtief dat het niet pluis was. Ze wilde per se naar huis.” Daan kleedde zich snel aan, maar Elises ouders zagen hem de trap af komen. Zijn geschrokken gezicht viel op.

„Daan is gelijk naar huis gegaan. Moeder kwam boven en trof me overstuur aan. Ik weet alleen nog dat ze me heeft ondergestopt en dat ik ben gaan slapen. Oom Daan heb ik er nooit meer over gesproken.

Een paar dagen later heeft hij aan mijn ouders wel toegegeven dat hij dingen met mij heeft gedaan. Wat precies heeft hij nooit gezegd.

Ik herinner me de woede van mijn vader. Hij was in staat om Daan iets aan te doen. Het voelde voor mij als een erkenning. Later ben ik door de huisarts onderzocht, maar de uitslag heb ik nooit gekregen.

De consulent van onze kerkelijke gemeente werd ook ingelicht. Van hem heb ik nooit iets gehoord. En thuis werd er verder niet meer over gepraat.”

Geheim
Elise vraagt zich nog weleens af waarom ze het misbruik stilhield na de eerste keer. „Hoe langer ik het niet vertelde, hoe moeilijker het werd. Daan had mij nadrukkelijk gezegd dat het geheim moest blijven.

Ook voelde ik me vies en schuldig. Ik maakte mezelf wijs dat ik het ook wel fijn had gevonden.”

Ze durfde het niet tegen haar ouders te vertellen: „Ik was bang dat ik de schuld zou krijgen, omdat ik wel wist dat deze dingen niet mochten. Ook was ik bang om mijn ouders te kwetsen en hen met mijn verhaal pijn te doen.

Ik wil mijn kinderen leren dat geheimen voor je ouders nooit goed zijn. En dat ik altijd een luisterend oor heb, ook voorde kleinste zorgen. Ik hoop dat ze daardoor beseffen dat ze ook met grote zorgen en vragen bij mij terechtkunnen. Die ruimte heb ik thuis nooit gevoeld.”

Dat er thuis niet meer over werd gepraat, kwam ook doordat haar ouders zelf geen hulp zochten. „Mijn moeder kroop in een slachtofferrol. Als ik vertelde dat iets mij pijn deed, kwam als eerste naar boven wat zij zelf zo verschrikkelijk vond.

Het was ook zeker erg voor haar. Ze durfde niet meer van huis weg en wilde de familie zo min mogelijk onder ogen komen. Door dit constant te benoemen, vergat ze dat ik eigenlijk het slachtoffer was.”

Moeder wilde voorkomen dat het in de familie en in het Biblebelt-dorp waar Elise woonde bekend zou worden, uit angst voor sociale veroordeling. „Ze maakt zich er nu nog druk om en zei pas nog tegen mij: ‘Je mag er niet over praten. Als je het opengooit, zal het gevolgen hebben in de hele familie’.

Ze nam me ook gewoon mee naar verjaardagen, anders zou het opvallen. Daar kwam ik dan oom Daan tegen. Vreselijk.

Ik denk dat niemand mijn moeder erdoor af zou wijzen als ze het had verteld. Juist doordat ze zweeg, heeft niemand haar vreemde gedrag begrepen.”

Impact
„Ik ben ervan overtuigd dat mijn ouders vanuit liefde hebben gedaan wat ze konden, maar het was niet voldoende. Laatst heb ik al mijn herinneringen aan het misbruik opgeschreven en aan hen voorgelezen.

De impact op mijn leven onderschatten ze nog steeds. De relatie met mijn moeder is moeizaam, ik moest altijd al vechten om geloofd te worden.

Volgens mijn ouders ontwikkelde ik me als een normale kleuter. Maar elke avond bonkte ik met mijn hoofd tegen het hoofdeinde van het bed. ’s Nachts kwamen ze regelmatig naar me toe om te zeggen dat ik stil moest liggen.

Ik heb weleens aan mijn moeder gevraagd: ‘Ben ik geadopteerd of zo?’ Zo anders voelde ik me. Ze behandelden mij heel anders dan de andere kinderen. Zo mocht ik geen vijf minuten alleen zijn, altijd werd ik gecontroleerd.

Ze vonden veel van wat ik deed fout en in moeders ogen was ik een moeilijke puber. Terwijl ik niet rookte, geen alcohol dronk en geen gekke dingen deed.

Op vijftienjarige leeftijd zette ik me expres tegen hen af. Ik koos voor een ongelovig vriendje. Daarmee kon ik mijn ouders raken, het gaf mij een kick dat zij daar geen invloed op hadden. Het gaf me het gevoel dat ik zelf de touwtjes in handen had.

Maar mijn vriendje maakte het al snel uit. ‘Het is niet te doen bij jou thuis’, was zijn reden.”

Grenzen
Toen Elise trouwde, ging het mis. Ze belandde opnieuw in een situatie van machtsmisbruik. „Ik kon niet meer verder en kreeg steeds vaker zelfmoordgedachten. Ik ontwikkelde klachten die passen bij een complexe posttraumatische stressstoornis (PTSS).”

De zorg voor haar kinderen deed Elise besluiten om te vechten voor het leven. Ze zocht hulp. Tijdens EMDR-therapie leerde ze dat het misbruik door haar oom niet haar schuld is. Van haar therapeut begreep ze dat door het misbruik haar gezonde ontwikkeling op sommige vlakken op jonge leeftijd is gestopt.

„De gevolgen van het misbruik zijn groter dan dat ik toen besefte. Als de signalen in mijn gezin waren opgepikt, was ik waarschijnlijk opgegroeid tot een veel gezondere tiener. Dan had ik geleerd om mijn grenzen te bewaken.

Oom Daan leerde me dat mijn grens niet telde. Niemand steunde me, daarom ging ik er zelf ook in geloven. Zo werd mij wijsgemaakt dat ik niet spoorde, omdat ik mijn eigen grenzen niet goed kon aangeven.

Mensen voelden haarfijn aan dat ik kwetsbaar was en maakten daar vaak misbruik van. Ik trapte er altijd weer in. Dankzij therapie weet ik nu dat niemand mijn grenzen over mag gaan en me tegen mijn wil seks mag opdringen.”

Het misbruik werkte door in Elises huwelijk. „Met de wetenschap van nu had ik nooit met deze man moeten trouwen. Mijn man was een stuk ouder en dominant.

Achteraf gezien was er geen echte liefde. Hij was in het begin voor mij een veilig baken. Hij regelde alles en omdat hij altijd wel wist wat er moest gebeuren, hoefde ik geen keuzes te maken.

Later kwam zijn echte aard openbaar, maar toen was ik al te afhankelijk van hem. Hij nam mijn grenzen niet serieus en dwong mij ook op seksueel vlak tot dingen die ik niet wilde. Ik werd opnieuw misbruikt.

Hij sneerde een keer dat ik niet moest zeuren, omdat ik vroeger het bed ook al met iedereen had gedeeld. Daarmee doelde hij op het misbruik. Zo vals. Maar ik stemde er gelaten mee in.

Als ik hieraan terugdenk, is het net alsof ik mezelf als volwassene weer als klein meisje in bed zie zitten. Het voelt als een herhaling van het verleden.

De hoop dat het nog goed kon komen tussen ons, maar ook angst en schaamte, hielden me lange tijd tegen om de problemen met iemand te delen. En opnieuw loop ik er juist daardoor tegenaan dat mensen het moeilijk vinden om te geloven dat het zo erg is geweest. Zoiets heftigs zou ik toch wel eerder hebben verteld? Maar zo werkt het niet.”

Alleen
Elise voelde zich in haar leven vaak helemaal alleen. Bidden tot God lukte niet. „Ik dacht zo groots van God, Hij was onbereikbaar voor mij. Ik was te kapot, te beschadigd en voelde me te vies. God zou mijn gebed toch niet horen.

Het is nooit in mij opgekomen om een gesprek te vragen met een pastoraal werker. Achteraf gezien had de kerk hier zeker een rol in kunnen spelen. Nu denk ik veel na over geloof en mag ik leren dat God heel anders is dan ik dacht. Bij Hem kun je wél altijd terecht met je zorgen.”

Door haar verhaal in de GezinsGids te delen hoopt Elise mensen wakker te schudden. „Als jij nu wordt misbruikt: draag het niet alleen. Hoe jij het beleeft, is jouw verhaal. Ook al twijfel je aan details, deel het met anderen en neem iemand in vertrouwen: je ouders of iemand anders. Doe het vandaag nog, want onderschat de impact in jouw leven niet.”