Steeds meer mensen in Nederland hebben twee banen naast elkaar. Waarom zou je daarvoor kiezen? Wat zijn de voor- en nadelen? Docenten Pieter van Hemert en Anne Nieuwendorp, die allebei een tweede baan hebben, vertellen. „Soms heb je leerlingen eerst gehad voor wiskunde en zitten ze nu naast je in de auto.” 

Met plezier geeft Pieter van Hemert (40) les op het Driestar college in Lekkerkerk. De docent wiskunde houdt echter van afwisseling. Dat heeft hij wel wat zijn werk betreft. Want naast de twaalf uur die hij lesgeeft op school, werkt hij ongeveer 25 uur per week als rij-instructeur voor zijn eigen rijschool. „Eerst werkte ik fulltime op school,” vertelt de Alblasserdammer. „Ik merkte echter dat daar wat sleur in kwam. Dat leek me niet goed voor de school, voor de leerlingen en voor mezelf.”

Pieter wilde het onderwijs niet vaarwel zeggen. „Ik vind het lesgeven wel erg leuk,” zegt hij uit de grond van zijn hart. „Maar ik houd ook van afwisseling. Zo kwam het op een gegeven moment in mijn gedachten om rij-instructeur te worden. Dan onderwijs je ook, maar toch heel anders.”

Ook Anne Nieuwendorp (44) koos ervoor om naast het lesgeven op een basisschool aan de slag te gaan als zelfstandige. „Sinds een jaar of tien werk ik als leerkracht in het basisonderwijs,” vertelt de Barendrechter. „Met name het lesgeven is mooi en vaak ook gezellig om te doen. Daarbij is de Rehobothschool, waar ik werk, een fijne school met fijne collega’s. Maar het onderwijswereldje zelf is niet helemaal het mijne,” vertelt Anne eerlijk. „Er zijn taken die de werklust wat temperen. Dat moet niet te lang duren en te erg worden. Ik had dus wat afleiding en afwisseling nodig. Die heb ik gevonden in het schilderen, behangen en laminaatvloeren leggen. Het leek me een mooie combinatie en ik vind het voor mezelf werken ook wel een uitdaging.”

Lees meer over ‘Stapelbaan’ in de GezinsGids van 9 november 2017.