Ooit bestond er in Noord-Afrika een bloeiende christelijke kerk. Drie beroemde kerkvaders, de jurist en apologeet Tertullianus en de beroemde bisschoppen Cyprianus en Augustinus, hadden er hun werkgebied. Na ongeveer 1200 horen we niets meer van enige vorm van christendom in die gebieden. Wat is er daar gebeurd?
Wie weet nog dat er zowel in Afrika als in Azië vele eeuwen lang bloeiende christelijke kerken bestonden? In Afrika grotendeels binnen de grenzen van het Romeinse Rijk, in Azië erbuiten. Zevenhonderd jaar lang (Afrika) en duizend jaar lang(Azië) is er sprake van een vergeten christendom. Ron van der Poll uit Leusden is één van de weinige mensen in ons land die een studie over die vergeten kerk schreef. Hij richtte zich daarbij op Noord-Afrika, op het gebied dat begrensd werd door de Middellandse Zee in het noorden, de Lybische Woestijn in het oosten en de Sahara in het zuiden. Vóór zijn studie was er in onze taal alleen een dissertatie van de Zuid-Afrikaan F.D. Moorrees, die in 1926 promoveerde op de verdwijning van de kerk in Noord-Afrika.
Onderzoek
Van der Poll is zelf ook meerdere keren in verschillende landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika geweest. „Ik heb theologie gestudeerd in Heverlee in België,” vertelt hij. „Ter afronding van mijn studie heb ik een scriptie geschreven over De verdwenen kerk van Noord-Afrika, waar ik een vol jaar studie naar heb gedaan. Ik koos dit onderwerp omdat ik tegen enkele vragen daarover opliep. Ooit was Noord-Afrika een belangrijk deel van de christelijke kerk. Alle Romeinse provincies waren praktisch geheel gekerstend. Er waren honderden bisdommen. Carthago stond net als Rome in hoog aanzien. Nu is het gebied echter bijna geheel islamitisch. Hoe kon dat zó veranderen?”
„Een artikel in het blad van Open Doors over de oorzaken daarvan riep veel vragen bij me op. Niet alleen ontbrak de bronvermelding, maar bovendien vermoedde ik dat er nog wel eens meer oorzaken konden zijn dan de daar genoemde. Ik wilde daar graag onderzoek naar doen. Dat bleek erg interessant, maar ook erg moeilijk te zijn.”
„Kort na de dood van Augustinus zijn de ruwe Vandalen heer en meester geworden in Romeins Afrika. Daar stopt de kennis van de meeste mensen. Geen van mijn mogelijke begeleiders wist iets bijzonders te vertellen over de zeven eeuwen die daarop volgden. Daarom heb ik het onderzoek vrijwel alleen moeten doen. Een tweede moeilijkheid was de grote lengte van dat tijdvak, wel zeven eeuwen! Om dat helemaal in kaart te krijgen moest ik wereldwijd alle relatief schaarse literatuur over dat tijdvak opzoeken en bestuderen. Ik wilde álle oorzaken die onderzoekers ooit genoemd hadden opsommen en die toetsen aan de bronnen. Gaandeweg ontdekte ik dat er geen exclusieve hoofdoorzaak was voor de totale verdwijning van de kerk in Noord-Afrika, maar dat er sprake was van een opeenstapeling van oorzaken. De kerk kreeg slag op slag te verduren. Steeds meer christelijke kolonisten vluchtten naar hun moederland in Europa. Ten slotte gaven de islamitische Arabieren de overgebleven inheemse christenheid de genadeslag.”
Meer over de verdwenen kerk van Noord-Afrika lees in in de GezinsGids van 31 mei.